Kondanani kinderdorp, een rondleiding Kondanani Kinderdorp, een rondleiding. Het is hier bijna twaalf uur op en twaalf uur af in Malawi. Om zes uur in de avond gaat het zonlicht met een prachtige zonsondergang uit en om zes uur in de morgen na een nacht met een unieke sterrenhemel, weer aan. En als het licht weer aan is gaat het toegangshek van dit dorpje al regelmatig open om de eerste werklui binnen te laten. De zendelingen hebben op dat moment hun devotie van 6 tot 7 uur zoals elke morgen doen ze gebed en bijbel studie omdat daar hun kracht en motivatie ligt. De malawiaanse werklui beginnen de dag om 7 uur in de centrale ruimte met een dagopening waarin veel gezongen wordt met begeleiding van Afrikaanse trommels. Een voorzanger start een lied en vaak tweestemmig volgt de rest en dat is een mooi begin van de dag. Als iedereen is uitgezongen en een van de mannen een korte preek heeft gehouden gaan we, ja ik was er ook bij, naar buiten en gaan bij de store staan wachten tot er opdrachten en gereedschappen worden uitgedeeld. Mister Malianie is de voorman die dat allemaal mag doen en ik teken voor een hamer een zaag een schroevendraaier een stainlymes en een zakje roestige gebruikte spijkers. Mijn opdracht is het repareren van de kassen (greenhouse) omdat deze in de regentijd volledig verwoest zijn. Als de nachtwakers naar huis zijn en de waakhonden zijn opgesloten in hun hok kunnen we beginnen. De metselaars gaan bouwen, de tuinman de tuin in, de onderwijzers naar school en de loodgieter en elektricien gaan verder met het leggen van leidingen naar een nieuw kinderhuis. De timmerman maakt een linnenkast voor een nieuw huis en de schilder gaat aan het schilderen. Tot zo ver het begin van een dag zoals , m.u.v. het weekend, bijna elke dag hier op Kondanani begint. Niet lang daarna komen de kinderen naar buiten, nadat ze een goed ontbijt hebben gehad en hun liederen gezongen hebben, om naar hun school te gaan. In hun school uniform lopen ze elk naar hun eigen schoolgebouw, een groepje richting Madalo naar de ABC klas een eerste klas lagere school en een ander groepje naar de kleuterschool. In de kliniek starten de eerste baby's met huilen want ze willen pap, gemaakt van een mengsel van mais-soja-olie en suiker en multi vitamine, hebben en verschoond worden. De zon wordt dan al warm en na een paar uur werken begin je te begrijpen waarom het tempo hier wat lager is als wij gewend zijn. Niet echt een gewoon dorpje ergens in Afrika, dat hebben jullie al begrepen, maar een weeskinder dorp in Malawi. Loop eens met me mee dan zal ik je dit bijzondere dorpje laten zien. Als we voor het hek van dit dorp staan zien we achter ons een groot L vormig gebouw met een enorm glimmend dak van golfplaten. Dit wordt het nieuwe babyhuis ,,Caring Hands” waar straks zeker 80 baby's opgevangen kunnen worden. Het had vorig jaar oktober af moeten zijn maar doordat de normen hier anders zijn en de aannemer zich totaal niet aan de afspraken heeft gehouden is er een enorme achterstand in de bouw opgelopen. Het gevolg is dat er nu geen baby's kunnen worden opgevangen terwijl dat meer als nodig is. Waarom niet wordt duidelijk als je meeloopt door het toegangshek, dat voor ons wordt open gedaan door de poortwachter die hem ook weer direct sluit. We staan dan als eerste voor de kliniek waar nu de baby's en kleine kinderen zijn ondergebracht en het is daar overvol. Het oude Caring Hands is verkocht omdat het te ver buiten het dorp lag en het te kostbaar en onoverzichtelijk was om dat zo te laten. Als we binnen komen in de kliniek zien we ruim 50 kleintjes bijna over elkaar struikelen en daartussen de baby's die moeten slapen in een overvolle slaapzaal. De nanny's doen er alles aan om het allemaal zo rustig mogelijk te houden maar dat gaat moeilijk zolang wij binnen zijn. Als er een begint te brullen besluit de rest om onmiddellijk in te vallen waarna de andere zalen zich direct solidair tonen. Het beste is om weer snel naar buiten te gaan nadat we vlug even kijken in het keukentje, het ziekenzaaltje en stiekem even bij de baby's die proberen te slapen. Weer buiten gekomen lopen lopen we door naar de store(uitgifte van goederen) en de centrale keuken waar hard wordt gewerkt aan de voorbereidingen van het middag eten. Het is er wat donker en onze ogen moeten even wennen en wat we dan zien is toch wel heel apart. Geen keukenmachines, mixers of andere hulpmiddelen want die gebruiken ze toch niet. Het traditionele ontbijt van pap hebben ze al gekookt en verdeeld over de kinderhuizen. We zien grote potten en pannen, enorme vergieten, manden met verse groente en fruit, bakken met rijst en maismeel en vrouwen die zoete aardappelen schillen voor een heel weeshuis. Voedzame maaltijden die worden gekookt op eenvoudige gasbranders in een ruimte zonder wasemkap. We zien een vrouw die met stevige spatels in twee van die grote potten tegelijk staat te roeren. Ze maakt shima een dikke pap wat ze hier eten zoals wij aardappelen. Regelmatig krijgen ze rijst. De koks hier zijn niet anders gewend dan zo te werken en doen het uitstekend. Direct naast de keuken de naaikamer waar de kleermaker uit de gekste stukjes stof nog kinderkleding weet te maken. Hij doet dat het liefst op een moderne naaimachine maar heeft in tijden van nood ook een trapnaaimachine als de stroom uitvalt. Hij toont ons trots zijn kunsten laat voorbeelden zien en we kunnen niet anders dan zien dat dit een vakman is. Naast de naaikamer de centrale ruimte waar we vanmorgen hebben gezongen met de Malawianen die op Kondanani werken en dat zijn nu 130 mannen en vrouwen. Ze zijn er niet allemaal elke ochtend maar zij die er zijn vormen elke dag weer een mooi koor. Als we de centrale ruimte uitlopen staan we tegenover een aantal kinderhuizen waarvan er vijf op Kondanani staan en twee op Madalo, waar we straks gaan kijken. Hier wonen de kinderen in verschillende leeftijds groepen samen met tien tot twaalf broertjes en zusjes. Elk huis op Kondanani heeft een eigen kleur en als we de kinderen vragen waar woon je, vertellen ze trots dat ze in het groene of in het rode huis enz. wonen. Ze slapen daar met vier op een kamer en een Malawiaanse huismoeder heeft de zorg voor ze en vangt ze uit school weer op in een kleine huiskamer waar een lange tafel met veel stoelen staat. De huismoeder slaapt in het zelfde huis en is er dus altijd voor de kinderen. De kinderen slepen ons onmiddellijk mee naar hun kamer waar op hun stapelbed springen en natuurlijk nemen we even een foto van ze. Er moet natuurlijk ook even geknuffeld worden en dan moeten we echt weer naar buiten. De huizen staan in een halve cirkel rond een speelterrein met een kleien speeltuin en een trapveldje. Als we het speeltuintje schuin oversteken komen we bij de kleuterschool ,,The Kegel early learning center'' waar de kleintjes die morgen zijn heen gelopen. Tien vrolijk beschilderde klaslokalen waarvan zes nu en vier binnenkort ook in gebruik worden genomen, een lerarenkamer, het kantoor van het hoofd en een opslagruimte voor speelgoed en leermiddelen. Binnen wordt gespeeld maar en krijgen de kleintjes zo jong al les in de Engelse taal die ze snel onder de knie hebben. Hun eigen taal mogen ze niet vergeten dus buiten de school is het chichewa en in de school engels. Voor hun toekomst het beste en voor de leerkrachten gemakkelijk want die spreken alleen engels. We begroeten de leerkrachten die uit Z.A.( Zuid-Afrika) komen en hulp onderwijs hulpen uit Malawi. Gelukkig hebben ze die Malawiaanse vrouwen om de aller kleinsten te kunnen begrijpen. De kinderen zijn wel gewend dat er kijkers komen maar worden ook hier al snel druk en willen de aandacht dus gaan we weer verder om de les niet te verstoren. Achter de school lopen we tegen een enorme opslagruimte in aanbouw aan die de mogelijkheid gaat geven om b.v. mais, bonen en rijst groot en dus goedkoper in te kopen. In de opslagruimte ook een wasserij, want er wordt gewassen voor een heel weeshuis en een garage omdat er binnenkort een vrijwilliger, uit Z.A. voor de boerderij wordt verwacht die ook de auto's gaat onderhouden wat veel kosten zal besparen. Van de auto's die nu op terrein staan rijden er maar twee en die rammelen aan alle kanten. De wagen waarmee we naar Zambia gingen is 17 jaar oud en dat is de beste en op de terugweg moest het stuur met twee handen worden vast gehouden anders rolde het middendeel er uit. We lopen verder achter de nieuwe opslagplaats langs gaan komen we uit bij een klein huisje van een vrijwilliger en het huis van Annie met daarnaast een ruimte voor loge's. Als we het pad vanaf dit huis naar de poort aflopen zien we een enorme hoeveelheid was aan de lijn hangen wat allemaal met de hand is gewassen. De malawiaanse vrouwen willen niet met de wasmachine wassen dus alles met de hand. Stel je eens voor wassen voor een heel weeshuis met veel kleine kinderen. Aan de andere kant van het pad nog een aantal huizen met ruime goed onderhouden tuinen en daar wonen de vrijwilligers. De woningen zijn eigendom van de Stichting Kondanani Malawi en worden helemaal ingericht aan de vrijwilligers verhuurd. Als we weer naar het hek lopen om naar Madalo te gaan zien we aan het centrale gebouw nog een werkhok met opslag voor hout met daarnaast een ruimte waar 's nachts de nachtwakers schuilen en proberen wakker te blijven. De poortwachter doet de poort weer voor ons open en we bedanken hem met een “zikomo kwambiri” hartelijk dank in het Chichewa. Hij sluit direct weer af. Vanuit de poort slaan we rechtsaf naar Madalo en passeren een nieuw huis dat buiten de hekken staat maar met weer een hek er om heen. De opzet was om daar een politiepost van te maken maar die opzet is gewijzigd omdat er direct daarna ook een nieuwe politiepost in de directe omgeving is gebouwd. De nieuwe man voor de boerderij komt hier nu te wonen zodat het toch een goede bestemming krijgt. We lopen langs de hekken naar Madalo en zien dat het hele dorpje incl. Madalo is omsloten door een elektrisch hekwerk dat bij aanraking onmiddellijk een sirene in werking zet. Zelf ben je dan voor een tijdje uitgeschakeld want er staat stroom op en genoeg om je uit te schakelen. Dit is helaas nodig na diverse overvallen waarbij de vrouwelijk vrijwilligers maar nauwelijks ontkomen zijn aan verkrachting en er veel goederen zijn gestolen. Opeens rechts een mooi schoolgebouw, de lagere school van Kondanani genoemd naar een van de oprichters van het dorpje, Lewis Chikhwaza die helaas is overleden. Lewis was een echte Malawiaan en getrouwd met Annie. Hij sprak de taal van dit land en had er vele contacten die geholpen hebben om het dorpje te stichten. Vooral zijn kennis van de taal en cultuur in dit land was van groot belang. Naar deze school gaan de kinderen vanaf de tweede klas lagere schoolleeftijd nadat ze eerts in de ABC klas op Madalo hebben gedaan waar we straks samen heen lopen. Als we de school binnen lopen, na weer een poortwachter te passeren, vallen onze monden open van verbazing. Midden in een enorm lokaal staat een soort centraal bureau en daar omheen langs de wanden allemaal kleine werktafels van elkaar gescheiden door een mooi afgerond schot. Achter elk tafeltje zit een kind te werken aan zijn eigen taak en als hij of zij raad wil of klaar is, lopen ze naar het eiland in het midden voor een nieuwe taak of overhoring. Langs de tafeltjes lopen onderwijzers en onderwijzeressen die samen met malawiaanse onderwijsassistenten de kinderen helpen en begeleiden .Er heerst absolute rust zelfs als wij binnen zijn want hier wordt gewerkt. Alle meubeltjes en wanden zijn vrolijk geschilderd in de primaire kleuren. Aan de wand hangen kleurplaten en werkstuuken. Aan een kant van de school het kantoor van het hoofd en een ruimte waar de kinderen mogen gaan spelen als ze hun taak voor die dag af hebben want ze werken in hun eigen tempo.Het schoolsysteem leert kinderen dat wat ze aankunnen. Dit is de school waar ik mijn kinderen heen zou willen sturen. Uit het verhaal dat Martin de hooft onderwijzer on verteld begrijpen we dat de kinderen zeer hoog scoren bij testen die te vergelijken zijn met de cito toets. Jammer alleen dat de leermiddelen uit Z.A.moeten komen en bijna niet te betalen zijn. Buiten de school een speelplaats met de nodige speeltoestellen. We gaan het hek van de school weer door en verder richting Madalo over het pad van rode aarde. Van die rode aarde moet ik jullie, nu je toch meeloopt, even wat vertellen. Toen we op een markt in de stad waren zagen we daar zakjes liggen met kluitjes rode aarde. Ons werd aangeboden daar eens van te proeven wat we ook maar gedaan hebben. Gewoon grond dus en we vroegen ons af waarom dat hier in zakjes werd verkocht. Achteraf bleek dat zwangere vrouwen dat hier eten omdat het enorm veel ijzer bevat. Ze eten vaak niet zo gevarieerd als wij en kennen periodes van extreme honger en dan hebben ze het echt nodig. Over die aarde lopen we nu naar Madalo waar we weer een poortwachter nodig hebben om binnen te komen. Na weer een - zikomo kwambiri - lopen we verder richting het kantoor, maar niet zonder even stil te staan bij het graf van Lewis Chikhwaza , direct links, die op dit terrein begraven wilde worden. Het werd een indrukwekkende staats begravenis met president en regering en leden van zijn eigen partij Petra die hij zelf mee oprichte. Een mooi graf waar we voor we weer naar holland gaan een krans op zullen leggen als eerbetoon en dank voor zijn werk en omdat hij een bijzondere Brother in law (zwager) was. Het kantoorgebouw heeft twee ingangen, aan de voorzijde naar het ABC lokaal en aan de achterzijde naar het kantoorgedeelte. En alweer zien we een vrolijk lokaal met maar een klas, de ABC leerlingen van de eerste klas. Ze zingen voor ons een lied dat we met applaus gegroeten en nemen weer afscheid. We moeten nu om het kantoorgebouw heen en komen dan langs de twee kinderhuizen waar de oudere kinderen wonen. De oudste is nu elf jaar en zij was de afgelopen week jarig. Het is leuk om te zien hoe de oudste meisjes al hele dametjes worden, maar ze gaan puberen straks en dat zal weer andere problemen gaan geven. Vanuit de huizen komen de kinderen al aanrennen want er moet geknuffeld worden. Uncle Gurt roepen ze want Geert zeggen kan een engels sprekend iemand niet. Ook deze kinderen horen met niet meer als tien in een huis te wonen maar er is behoorlijk ruimte gebrek dus wonen er nu meer. Deze huizen zijn ruimer en hebben een mooi grote hal wat nodig is voor de oudere kinderen. Ze zijn toe aan wat meer prive en hebben hier wat meer eigen spullen. Even verderop is begonnen met de bouw van een nieuw huis en weer daarnaast is een fundering gegraven maar er is geen geld meer dus kunnen deze twee voorlopig niet afgemaakt worden. Als we samen met de kinderen,wat zijn ze trots op hun huis, de twee woningen hebben bekeken gaan we naar buiten en steken het pad over naar het kantoor. Als we het hoofdkantoor binnen lopen zien we een situatie zoals we die ook in Nederland kennen. Een ruimte met drie bureaus (ooit gebruikt door de Ford gagare in Amesfoort) waar mensen zitten te typen, een klein kantoortje voor de boekhouder het financieel centrum, een kantoortje voor Cherie en een kantoor voor Annie. Bij de ingang is een wachtkamer en daarnaast een keukentje. In dit gebouw wordt elke cent twee keer omgedraaid voordat hij wordt uitgegeven en dagelijks gaat er een overzicht naar Annie nadat het door Cherie is nagekeken. Er zijn verschillende potjes omdat sponsoren vaak gericht geven voor een project en daar wordt het ook voor gebruikt. Veel geld komt uit Engeland maar omdat de pond enorm in waarde is gedaald zijn de zorgen hier groot. We drinken hier een bakje prut koffie en lopen weer naar buiten tegen de boerderij aan tegenover het kantoor. In de kraal lopen de kalveren waarvan er een zwart wit is. Het is een mooi stierkalf met de naam Geert zoon van Karin geschonken door een sponsor uit Hellevoetsluis. Ik mocht bij de geboorte zijn en dat werd een heel karwei omdat Geert er met een stevig touw uitgetrokken moest worden. Het is een kruizing van een Hosteiner stier en een Jersey koe . Alle koeien hier, en dat zijn er nu 16 stuks, zijn Jersey koeien en ze zien er prima uit. Elke dag is er voor elk kind een halve liter melk en natuurlijk pap en er schiet voor mij ook een halve liter par dag over. We groeten de Malawiaanse boer die altijd even naar me toe komt om te vertellen hoe het met mijn stierkalf gaat. We zien een grote stal en een aantal kleine stallen voor de kalveren. Naast de stallen de kaasmakerij en daar moeten we natuurlijk even naar binnen. Het ziet er echt prima uit en het wachten is op de kaas machine die nu nog in Nederland staat en binnen kort in een container vol met zeer bruikbare goederen naar Kondanani zal afreizen. De kaasmakerij is mooi betegeld en volgens hollandse normen ingericht. Er moet alleen nog een airco in omdat het hier eigenlijk altijd te warm is. Vanuit de kaasmakerij gaan we rechtsaf naar de varkens stallen. Die liggen wat verder weg en het is eigenlijk voor iedereen verboden om daar te komen behalve de boer en zijn mannen. Omdat ik bezig ben met een nieuwe methode voor het wegen van de biggen mag ik ook naar binnen en jullie mogen mee kijken. Nadat we de schoenen in een bad hebben ontsmet komen we in een verrassend schoon stallen complex. In elke ruimte van ongeveer 9 vierkante meter zitten 5 tot 6 biggen. Oudere biggen 4 of 5 stuks. Alles is mooi schoon en ze zien er goed uit. In dit deel tellen we er 60 stuks. We gaan naar buiten en gaan even verderop in de volgende stal met de oudere varkens en ontsmetten de voeten weer. Als we daar binnen lopen weer schone stallen en we staan direct oog in oog met de beer blijkt uit het hok te zijn ontsnapt. Hij is op weg naar de vrouwtjes. Met een stevige stok drijven we hem weer naar binnen. Hier een aantal vrouwtje en hele kleine biggetjes. Ze zien er prima uit en knorren tevreden. Als we weer buiten komen valt het op dat de zon vrijwel recht boven ons staat en de temperatuur is behoorlijk gestegen. We lopen door naar de bananen plantage waar 1400 planten staan die op dit moment helaas weinig vruchten dragen. Het probleem is dat er nodig een echte landbouwer/boer nodig hebben want nu is er gewoon niet genoeg tijd en kennis om de plantage rendabel te maken. Dat is ook de reden dat de kippenhokken op dit moment leeg staan dus lopen we daar niet heen maar gaan terug naar Kondanani langs het kleine meertje dat aan de rand van Madalo ligt. Je staat dan naast de varkensstallen even buiten het dorpje en als dan die kant op kijkt zie je watertorentjes en een aantal kruisvormige stenen steunen van ongeveer 4 meter hoog, waar nog waterreservoirs op geplaatst moeten worden. De hoogste is van Caring Hands. Op het ogenblik is er voor een reservoir voor het nieuwe “Caring Hands” geen geld want de kosten voor de kleine zijn al 2500 euro en voor de grotere en die moet hier komen, 4000 euro. Ze moeten worden geimporteerd uit ZA en dat is duur. Maar voor de hygiene is het nodig dat alle kinder en vrijwilligers huizen samen met de keuken een goede waterleiding hebben met schoon water en voor de waterdruk zijn watertorens nodig. Op onze weg terug komen we langs het pomphuis waar een 30 meter diepe pomp voor helder schoon water zorgt. Als we terug zijn op Kondanani gaan we naar het huis van Annie waar alle vrijwilligers om 17.00 uur bij elkaar komen om koffie te drinken en de dag door te nemen. De zon kleurt dan al een beetje en als we ruim een half uur later weer naar buiten gaan zien we een echt Afrikaanse zonsondergang en is de lucht achter dit bijzondere dorpje helemaal rood gekleurd. Om zes uur is het donker en zal er een diepe rust heersen tot morgenochtend de haan ons weer wakker zal schudden. Alles begint dan weer zoals dit verhaal begon in het weeskinderdorp Kondanani waar er alles aan wordt gedaan om zo veel mogelijk weeskinderen een gelukkige jeugd te geven. |