Bezoek Geert en Nel aan Kondanani - april 2009

April 2009

Bezoek Geert en Nel aan Kondanani - april 2009


ga direct naar:

1 april 2009: aankomst

Malawi 1 april 2009

We zijn geland en hoe, met een stevige klap op de korte landingsbaan van Blantyre Airport.

Bij het uitstappen komt er een golf van warmte op ons af en worden we door talloze schoolkinderen begroet. Als er een groot vliegtuig landt komen ze kijken want zo vaak gebeurt dat niet. Annie staat ons op te wachten en na het stempelen van ons paspoort gaan we de weg op richting Kondanani.

Links en recht lopen mensen op de weg en overal zie je kleine stalletjes met handel.
Nu is dat veel suikerriet waar je heerlijk op kunt kauwen al moet je een extreem sterk gebit hebben om het kapot te kunnen bijten.

We zien kinderen grote keien tot puin slaan wat ze te koop aanbieden om paden te verharden.
Vrouwen met vracht op hun hoofd en mannen die fietsen voort duwen die zo zwaar beladen zijn dat wij het niet zouden kunnen bergen in een gemiddelde kofferbak. Hier en daar ontwijken we een gat in de weg of verliezen even het zicht door enorme roet wolken van de vaak oude vrachtwagens voor ons op de weg. Overal prachtig bloeiende bomen zo vlak na de regentijd en groene bergen in de verte.Naast de auto loopt een meisje, ze draagt een kind in een doek op de rug.Ze is hoogstens twaalf jaar misschien dertien en je mag hopen dat het haar zusje is. We zijn in Afrika, we zijn in Malawi, we zijn op Kondanani en we zijn moe van een lange reis.

 

 

naar top

10 april 2009 - Zambia

Hallo vrienden van Kondanani, 10 april Kondanani Kinderdorp

Het duurde even maar hier is een teken van leven uit het verre Malawi. We kunnen helaas lang niet altijd mailen vaak omdat de stroom uitvalt zoals op dit moment en omdat we alleen kunnen mailen tussen 17.00 en 08.00 uur wordt het ook nu weer spannend.
In de periode dat het wel kon zaten we in Zambia en we hadden besloten om in die periode de lap-top thuis te laten.

Zambia wat een reis, om nooit ter vergeten.
Om vier uur op en om vijf uur weg want we moeten ruim 650 km afleggen een tocht waar we twee hele dagen over gaan doen. De eerste 500 km gaan door Malawi waar we nog een mooie gemiddelde snelheid kunnen bereiken.
Langs de weg vele stalletjes en overal lopen mensen langs en op de weg, kinderen lopen met geiten en in een ander deel van het land waar en andere stam woont, met koeien waar de jonge mannen een bruid kopen.
Dit moet je allemaal ontwijken en of dat niet genoeg is zit de weg ook nog vol met pot holes, grote gaten.

Iedereen lijkt onderweg en draagt eten, heeft enorme vrachten of levende varkens achter op de fiets of sleept aan de poten levende kippen mee.
Daar tussen door lopen heel veel honden en omdat je enorm moet opletten om geen mensen aan te rijden worden de honden regelmatig geraakt. We zien meer als twintig dode honden op de weg liggen en niemand haalt het in z'n hoofd om ze van de weg te halen. Is ook niet nodig want dat doen de roofdieren in de nacht wel.

Het is een reis waarbij je je geen moment hoeft te vervelen want alles is hier anders zoals b.v. de politieposten onder weg.
Als we worden aangehouden voor controle geeft Annie de agent een oude id kaart en de man heeft niets door want de meeste politieagenten hier kunnen nauwelijks lezen.

Als we in Lilongwe de hoofdstad zijn eten we wat en gaan op weg naar de grens van Zambia. Om een idee van deze grens overgang te geven hierbij een foto want het is niet uit te leggen hoe dat eruit ziet en hoe het hier toegaat.

grenspost Zambia


Maar eerst een enorme teleurstelling want waar we steeds onze paspoorten in een zakje om onze nek dragen hebben we ze bij aankomst in Malawi, in de drukte van een hartelijke ontvangst, daarin niet terug gestopt.
Daar staan we aan de grens van Zambia zonder paspoorten en dan houd alles op. Nel besluit mij de schuld te geven en ik besluit Nel de schuld te geven en in de teleurstelling zeggen we tegen elkaar dat jij er toch op zou letten. We zijn net mensen en als we weer zijn bijgekomen van de teleurstelling gaan we een oplossing zoeken.
Er zit niets anders op dan terug naar Lilongwe en hopen dat we een slaapplaats vinden.

Annie belt naar Kondanani en vraagt of ze de paspoorten mee willen geven met de bus die van Blantyre waar Kondanani dichtbij is, naar Lilongwe rijdt.

We rijden terug en kloppen aan bij het missiehuis van de baptisten want die mogen arme dakloze toch niet op straat laten staan in een vreemd land.
Nog die zelfde avond komen de paspoorten aan in Lilongwe en vinden we onderdak in het missiehuis.

De volgende ochtend opnieuw richting Zambia, op deze weg een uur en een kwartier rijden. In het kantoor van de grenspost moeten we formulieren invullen waarmee de auto en wij zelf de grens over kunnen.

Dan roept Annie, we moeten weer terug want ik heb de verkeerde autopapieren meegekregen en dus komen we de grens niet over.
We kijken elkaar aan met een blik van, het zal toch niet en wie moeten we nu de schuld geven.

Weer rijden we terug richting Lilongwe en bellen naar Cherie waarom we de verkeerde papieren mee hebben gekregen. Die zegt dat is onmogelijk en belt even later terug dat we de goede wel moeten hebben. We stoppen en bestuderen de papieren nog een keer goed en Cherie heeft gelijk. We rijden niet in de auto die we gewend zijn waardoor we op het verkeerde spoor zaten.

Weer gaan we richting Zambia om bij de grens weer te worden overvallen door mensen die dollars willen wisselen voor zambiaans geld en die vragen waarom we voor de derde keer komen, maken de papieren in orde krijgen nu een visum en veel stempels en steken eindelijk de grens over.

Je beseft dan opeens dat dit voor veel Malawianen onmogelijk is omdat ze de visa niet kunnen betalen, ze niet kunnen schrijven en geen paspoort hebben. Ze hebben er waarschijnlijk ook geen behoefte aan want de dag wordt in beslag genomen om te overleven in Malawi.

De wegen in Zambia zijn slechter als in Malawi en we vertelden al dat die niet best zijn. Direct vanaf de grens is er geen asfalt meer en het regenseizoen is nog maar net voorbij en er was veel veel regen dit jaar. Geweldig voor de mais, katoen, tabaksplaten en fruitbomen maar slecht voor de wegen waar grote gaten in zitten.

We ploeteren over onverharde wegen en moeten vanaf de grens nog 150 km rijden wat we in vier uur hopen te doen. We stuiven met een gemiddelde snelheid van 26 km per uur over de weg of wat daar voor door gaat. Gelukkig lopen hier veel minder mensen op de weg en kunnen we op concentreren op de diepe kuilen en plassen.

Hoe dichter we bij kamp Flat dogs, een soort krokodil, komen hoe erger het wordt ook omdat je door de grote plassen soms niet ziet hoe diep de kuilen zijn en dus uit moet stappen. Zonder 4 wiel drive is het hier onmogelijk en gelukkig hebben we dat en we bereiken het kamp en vinden het achteraf eigenlijk wel avontuurlijk allemaal.

We slapen in een mooie lodge met drie bedden in een kamer en een prima badkamer. Om het huis lopen kleine apen met baby aapjes en een enkele grote aap.
We kunnen koken in een keuken die we moeten delen, maar we hebben geluk want de andere mensen koken daar niet zelf.
Dan is het om zes uur donker en begint er een oorverdovend lawaai van insecten die allerlei geluiden maken. Het is ongelooflijk welke herrie die beesten maken om met elkaar te communiceren.

We zitten aan een rivier, die nu erg breed is, en mogen s'avonds niet meer naar buiten zonder bewaker die we kunnen roepen met een fluitje, dat we ook moeten gebruiken als we in nood zitten.

Buiten loop je kans dat je een olifant, leeuw en later op de avond een nijlpaard (Hippo) tegen het lijf loopt en die zijn sneller en veel sterker als wij dus dat laten we wel.
Aan de buitenkant van het kamp kun je ook nog wel eens een krokodil tegen komen en die vinden je best lekker.

We doen er een beetje lacherig over maar s'nacht hebben we inderdaad hippo's voor de deur om te grazen (en dat hoor je goed) en de volgende dag vinden we uitwerpselen van olifanten.
Heel spannend en we blijven lekker binnen.

De volgende dag gaan Nel en Geert op safari en zien veel wilde dieren en een leguaan maar niet echt goed leeuwen en luipaarden.
Nel had zich daar zo op verheugd dat ze de volgende dag met Annie nog een keer gaat.

Geert is aan de beurt om te koken want Annie en Nel hadden al gekookt. Het is echt een sport om van wat de dames hebben over gelaten iets te maken want winkels zijn er pas op een uur of vier rijden.

De gidsen nemen nu een andere route en nu lopen de olifanten en leeuwen rond de auto en kunnen ze mooie foto's nemen van zebra's, waterbuffels en veel antilopen soorten. Een prachtige tocht bij volle maan dus goed zicht.

Na drie nachten gaan we weer huiswaarts over dezelfde weg als heen want het is de enige weg n.l. de hoofdweg van Zambia.
Gelukkig is het water wat gezakt en kunnen we meestal zien waar we rijden en hadden we heen het ergste stuk op het laatst nu weten we dat het langzaam beter gaat worden.
Als we het ergste hebben gehad overnachten we vlakbij de grens van Malawi op een camping bij een bekende van Annie.
We slapen in een kamer met stenen bedden en gelukkig een goede matras.

Tot onze verbazing horen we die nacht weer duidelijk grazen, terwijl we op een heuvel zitten en ver van het water. Het kan dus geen hippo zijn die in de nacht tegen de berg opklimt. Nieuwsgierig gaan we kijken en wat blijkt, er loopt een paard voor de deur te grazen dus kunnen we het fluitje weer opbergen.

De reis gaat verder voorspoedig en onderweg eten we nog even in een echt Malawiaans eethuisje waar we geen mes en vork krijgen en dus maar net als de malawiaan met de handen ons maal opeten.

Een geweldige trip over slechte wegen, zeer dichte bossen en onder een zon die recht boven ons stond.
Onderweg hebben we mooie dorpjes van hutten met grasdaken gezien en wat opviel was dat ze in Zambia verder zijn als in Malawi. En ook al zijn ze in Zambia niet rijk maar minder arm het geeft hoop voor Malawi want ze komen uit een zelfde startpositie en het is een zelfde type mensen.
Nu overal meer als voldoende voedsel is kunnen de malawianen misschien langzaam gaan bouwen aan een betere toekomst en daar kunnen ze een beetje hulp goed bij gebruiken.

Groeten van Geert, Nel en Annie

naar top

20 april 2009 - reisverslag

Reisverslag.

Het is wel even schrikken als je midden in een grote supermarkt staat en opeens wordt het stikdonker. Omdat er geen ramen zijn zie je geen hand voor ogen.
Niemand reageert verbaast en iedereen blijft rustig wachten tot er ergens een klein lichtje komt.
Dat overkwam ons in Blantyre en dat gebeurd regelmatig en als het goed is slaat er een generator aan maar daar moet dan wel diesel in zitten.
Even later loopt iemand met een kannetje naar de pomp om diesel te halen en een half uur later gaat het licht weer aan.
Het gebeurd nog steeds regelmatig dat de stroom hier uitvalt maar iedereen heeft olielampen in huis wat ook wel weer gezellig is.
Lastig is het wel want we kunnen lang niet altijd mailen en als het kan valt de stroom nogal eens uit.

Ik ben de afgelopen tijd stevig aan het klussen geweest om de kassen weer repareren die tijdens hevige regenval waren verwoest. Wij hebben ook regen gehad en dan komt het echt met bakken.
Nel heeft bij de baby's geholpen, veel met ze gespeeld en zelfs met baby's in een draagdoek op de rug gelopen.
Ze heeft ook veel foto's genomen van het leven hier zodat we weer een mooie PP presentatie kunnen samenstellen.
Zelf heb ik veel tijd besteed om precies op papier te zetten hoe Kondanani werkt en hoe het er nu uitziet.
Het is een rondleiding op papier geworden waar de foto's nog bij komen zodat een beeld ontstaat over dit dorpje. Annie kijkt er eerst nog naar en dan kunnen we het versturen.

Als het weekend is gaan we er op uit om het land te bekijken.
Het is eigenlijk niet te geloven hoe verwarrend de tegenstellingen zijn die je om je heen ziet als je door een land als Malawi gaat reizen. En reizen hebben we gedaan want we willen tijdens ons bezoek aan dit land het nuttige met het aangename combineren. Tijdens de reis naar Zambia hebben we een groot deel van van het land gezien. Een ander weekend zijn we de andere kant op gegaan waar het landschap weer heel anders is.
En dan zie je in deze tijd, direct na de regens, een prachtige natuur met bloeiende bomen, groene velden en kleurrijke vogels. Prachtige bergen waartussen in de avond de wolken blijven hangen en in de ondergaande zon zijn het dan net enorme roze suikerspinnen die achteloos tussen de bergtoppen zijn neergelegd.
En dan de groene dalen, volle rivieren en meren met nijlpaarden en krokodillen die zich warmen in de zon. Zomaar een groep giraffes die we tegen komen in een park en apen die over de weg dansen.
Grote velden met suikerriet langs vooral de rivieren, theeplantages op de heuvels en volle maisvelden.
In dit mooie land moet wel bijna alles voorspoed zijn denk je dan.

Niets is minder waar ook al is alles niet meer zo als wat we dat bij eerdere bezoeken zeven en vier jaar geleden zagen.
Toen kale velden en overal honger in het land, veel bedelende mensen, verwaarloosde dorpen en wegen.
Het is geweldig dat er de laatste twee, drie jaar weer voldoende voedsel is en een regering die wil opbouwen en niet de eigen zakken vullen.
Leden van de vorige regering die alleen aan zichzelf dachten, worden nu vervolgd en een deel zit in de bak en dat is hier geen pretje want de varkensstallen op Kondanani zijn daarbij vergeleken het Hilton hotel.

Een deel van de wegen is nog slecht, met grote gaten en het is een hele kunst om die altijd te ontwijken want langs de weg lopen altijd veel volwassenen en kleine kinderen.
Die kleintjes horen op school zouden wij zeggen maar dat is voor veel kinderen hier niet weggelegd.
Op de weg veel oude auto's meestal uit Japan waar grote rookpluimen uit komen en veel fietsen met daarop vaak enorme ladingen.
Om verwarring te voorkomen heeft geen enkele fiets verlichting, levensgevaarlijk als het donker is natuurlijk.
Maar ook auto's hebben slechte of geen verlichting, zelfs politie wagens.
Op de fiets worden stapels hout vervoerd om op te koken maar ook de mais oogst, enorme trossen bananen a' 50 kg per tros, kippen en nog veel meer.
Kijk niet vreemd op als je iemand, altijd mannen want vrouwen fietsen in dit land niet, met een mand kippen, daarop een levend varken en daar weer op een tros bananen achterop de fiets ziet rijden. En dan de gaten ook nog ontwijken.
En de mensen en nu meestal vrouwen, die met ladingen op hun hoofd lopen die wij nauwelijks gewoon kunnen dragen.
Ik heb dat eens geprobeerd en dat viel knap tegen.

Nel en ik waren wandelen door de dorpjes rond Kondanani en we zagen drie vrouwen die bezig waren om zakken met aarde te vullen om deze dan op hun hoofd naar hun dorpje te brengen.
Ik moest natuurlijk de bink uithangen en zei tegen een van de vrouwen;laat mij dat eens voor je dragen. We verstonden elkaar niet maar we begrepen elkaar wel.
Het koste me de grootste moeite om die zak op mijn hoofd te krijgen en toen moest ik er nog mee lopen. De dames vonden het geweldig en lagen dubbel van het lachen. Daar had je weer zo'n domme blanke die dacht het te kunnen en nog wel een man en dat was dus gieren van het lachen.
Het ging om zeker 40 kg. en ik kreeg al snel last van mijn nek en dat is een paar dagen zo gebleven.
Al na 100 meter heeft de malawiaanse vrouw het maar weer over genomen, zette de zak met wat hulp op haar hoofd en al lachend liepen ze samen weer verder, druk pratend over wat ze nu weer hadden meegemaakt. Alsof het geen enkele moeite koste en ik droop af.

Tijdens een van onze tochten zijn we even langs geweest bij de minister van communicatie en informatie.
Ze, een stevige vrouw van rond de veertig, had spreekuur in een van de dorpen en toen wij langs kwamen kwam ze onmiddellijk naar ons toe en toen ze hoorde wie we waren kregen we een stevige knuffel van de minister en dat gebeurd je niet elke dag. Het spreekuur werd onderbroken om met Annie te spreken. Annie heeft veel aan deze vrouw die zich inzet voor verbeteringen in het land en daarom erg blij is met Kondanani. Voordat we weg kunnen gaan stapt ze in de auto om op een markt in de buurt voor een heel weeshuis bananen te kopen die bij ons in de auto worden geladen.

Vrijwel alle malawianen zijn super slank, kan ook niet anders als je alles bijna lopend moet doen, het valt daarom op als iemand stevig is.
Kijk je goed naar de mensen dan zie je dat er vrijwel geen oudere mensen tussen zitten en met in dit land een gemiddelde leeftijd van 37 jaar klopt dat ook wel. Langs de wegen heel veel stalletjes waar de mensen de zelf verbouwde (onbespoten) groente en fruit verkopen om toch wat inkomen te hebben.
Maar je kunt ook geroosterde mieren en sprinkhanen kopen en natuurlijk houtsnijwerk.

Er is een enorme armoede in dit land en dat zie je ook aan de dorpjes langs de weg.
Het is soms niet te geloven als je ziet waar deze mensen in wonen. En toch is er verbetering en komen er steeds meer stenen huisjes ook op het platte land.
Het meisje dat ons huisje schoonmaakt, we moesten daar even aan wennen maar zo heeft ze nog een inkomen, vertelde ons heel trots dat de huisjes in haar dorpje allemaal van steen zijn.
Maar ze verteld ook over hoeveel mensen zijn overleden tijdens de honger periodes die ze zelf ook meegemaakt heeft en over malaria en aids.
Het is maar zelden dat een malawiaanse vrouw zo open praat met een man erbij.
Ze loopt elke dag ruim een half uur heen en terug om op haar werk te komen maar ze heeft werk.

Ons werk en onze vakantie hier zit er al bijna weer op. Het was weer geweldig om hier te zijn en te zien hoe goed georganiseerd hier op Kondanani alles verloopt en hoe gelukkig de weeskinderen zijn die hier hun jeugd door brengen. Geen verhalen deze keer over kinderen die erg ziek zijn of overlijden.
Ze krijgen nu aids remmers als ze die nodig hebben en lijken dan gewoon gezond zoals ook veel mensen in het land nu aids remmers krijgen. Ondertussen is wel ontdekt dat je van deze aids remmers op de langere duur kanker krijgt een ziekte die hier verder nauwelijks voorkomt.
Jammer want je valt dan dus van de ene ellende in de andere. En hoe zal dat met deze kinderen gaan in de toekomst.

Ook geen verhalen over roofdieren rond het dorp want die vinden in deze tijd voldoende voedsel in de bossen en komen pas weer aan het einde van de droge tijd. Geen slangen ook want die zie je niet in het nu hoge gras en als ze je horen gaan ze er snel vandoor. We hebben er maar een gezien maar weten dat bij de keukendeur een nest zit. Niet aankomen. Morgen gaan we weer op het vliegtuig met onze souveniers die we na stevig onderhandelen op de markten hebben gekocht. Toen we gisteravond afscheid namen van de vrijwilligers viel het licht uit en was het stik en stik donker. Het moment om naar buiten te gaan en naar de sterren te kijken. Nergens zie je zo'n prachtige sterrenhemel met zoveel heldere sterren. Wie sterren wil zien moet naar Kondanai en dan bedoel ik niet alleen de sterrenhemel maar ook de vrijwilligers die zich hier zo geweldig inzetten en een deel van hun leven geven voor de weeskinderen van Malawi..Wat zou ik hier graag blijven.
Maar we weten dat de meiden met onze kleinzoon op Schiphol op ons wachten en dat is ook geweldig.

Groeten van Geert, Nel en Annie

naar top

Kondanani kinderdorp, een rondleiding

Kondanani Kinderdorp, een rondleiding.

Het is hier bijna twaalf uur op en twaalf uur af in Malawi.
Om zes uur in de avond gaat het zonlicht met een prachtige zonsondergang uit en om zes uur in de morgen na een nacht met een unieke sterrenhemel, weer aan.
En als het licht weer aan is gaat het toegangshek van dit dorpje al regelmatig open om de eerste werklui binnen te laten.
De zendelingen hebben op dat moment hun devotie van 6 tot 7 uur zoals elke morgen doen ze gebed en bijbel studie omdat daar hun kracht en motivatie ligt.
De malawiaanse werklui beginnen de dag om 7 uur in de centrale ruimte met een dagopening waarin veel gezongen wordt met begeleiding van Afrikaanse trommels.
Een voorzanger start een lied en vaak tweestemmig volgt de rest en dat is een mooi begin van de dag.

Als iedereen is uitgezongen en een van de mannen een korte preek heeft gehouden gaan we, ja ik was er ook bij, naar buiten en gaan bij de store staan wachten tot er opdrachten en gereedschappen worden uitgedeeld.
Mister Malianie is de voorman die dat allemaal mag doen en ik teken voor een hamer een zaag een schroevendraaier een stainlymes en een zakje roestige gebruikte spijkers.
Mijn opdracht is het repareren van de kassen (greenhouse) omdat deze in de regentijd volledig verwoest zijn.
Als de nachtwakers naar huis zijn en de waakhonden zijn opgesloten in hun hok kunnen we beginnen.
De metselaars gaan bouwen, de tuinman de tuin in, de onderwijzers naar school en de loodgieter en elektricien gaan verder met het leggen van leidingen naar een nieuw kinderhuis.
De timmerman maakt een linnenkast voor een nieuw huis en de schilder gaat aan het schilderen. Tot zo ver het begin van een dag zoals , m.u.v. het weekend, bijna elke dag hier op Kondanani begint.

Niet lang daarna komen de kinderen naar buiten, nadat ze een goed ontbijt hebben gehad en hun liederen gezongen hebben, om naar hun school te gaan.
In hun school uniform lopen ze elk naar hun eigen schoolgebouw, een groepje richting Madalo naar de ABC klas een eerste klas lagere school en een ander groepje naar de kleuterschool.
In de kliniek starten de eerste baby's met huilen want ze willen pap, gemaakt van een mengsel van mais-soja-olie en suiker en multi vitamine, hebben en verschoond worden.
De zon wordt dan al warm en na een paar uur werken begin je te begrijpen waarom het tempo hier wat lager is als wij gewend zijn.
Niet echt een gewoon dorpje ergens in Afrika, dat hebben jullie al begrepen, maar een weeskinder dorp in Malawi.

Loop eens met me mee dan zal ik je dit bijzondere dorpje laten zien.
Als we voor het hek van dit dorp staan zien we achter ons een groot L vormig gebouw met een enorm glimmend dak van golfplaten.
Dit wordt het nieuwe babyhuis ,,Caring Hands” waar straks zeker 80 baby's opgevangen kunnen worden.
Het had vorig jaar oktober af moeten zijn maar doordat de normen hier anders zijn en de aannemer zich totaal niet aan de afspraken heeft gehouden is er een enorme achterstand in de bouw opgelopen.
Het gevolg is dat er nu geen baby's kunnen worden opgevangen terwijl dat meer als nodig is.

Waarom niet wordt duidelijk als je meeloopt door het toegangshek, dat voor ons wordt open gedaan door de poortwachter die hem ook weer direct sluit.
We staan dan als eerste voor de kliniek waar nu de baby's en kleine kinderen zijn ondergebracht en het is daar overvol.
Het oude Caring Hands is verkocht omdat het te ver buiten het dorp lag en het te kostbaar en onoverzichtelijk was om dat zo te laten.
Als we binnen komen in de kliniek zien we ruim 50 kleintjes bijna over elkaar struikelen en daartussen de baby's die moeten slapen in een overvolle slaapzaal.
De nanny's doen er alles aan om het allemaal zo rustig mogelijk te houden maar dat gaat moeilijk zolang wij binnen zijn.
Als er een begint te brullen besluit de rest om onmiddellijk in te vallen waarna de andere zalen zich direct solidair tonen.

Het beste is om weer snel naar buiten te gaan nadat we vlug even kijken in het keukentje, het ziekenzaaltje en stiekem even bij de baby's die proberen te slapen. Weer buiten gekomen lopen lopen we door naar de store(uitgifte van goederen) en de centrale keuken waar hard wordt gewerkt aan de voorbereidingen van het middag eten.
Het is er wat donker en onze ogen moeten even wennen en wat we dan zien is toch wel heel apart. Geen keukenmachines, mixers of andere hulpmiddelen want die gebruiken ze toch niet.
Het traditionele ontbijt van pap hebben ze al gekookt en verdeeld over de kinderhuizen.
We zien grote potten en pannen, enorme vergieten, manden met verse groente en fruit, bakken met rijst en maismeel en vrouwen die zoete aardappelen schillen voor een heel weeshuis.
Voedzame maaltijden die worden gekookt op eenvoudige gasbranders in een ruimte zonder wasemkap.
We zien een vrouw die met stevige spatels in twee van die grote potten tegelijk staat te roeren. Ze maakt shima een dikke pap wat ze hier eten zoals wij aardappelen. Regelmatig krijgen ze rijst. De koks hier zijn niet anders gewend dan zo te werken en doen het uitstekend.

Direct naast de keuken de naaikamer waar de kleermaker uit de gekste stukjes stof nog kinderkleding weet te maken. Hij doet dat het liefst op een moderne naaimachine maar heeft in tijden van nood ook een trapnaaimachine als de stroom uitvalt. Hij toont ons trots zijn kunsten laat voorbeelden zien en we kunnen niet anders dan zien dat dit een vakman is.

Naast de naaikamer de centrale ruimte waar we vanmorgen hebben gezongen met de Malawianen die op Kondanani werken en dat zijn nu 130 mannen en vrouwen. Ze zijn er niet allemaal elke ochtend maar zij die er zijn vormen elke dag weer een mooi koor.

Als we de centrale ruimte uitlopen staan we tegenover een aantal kinderhuizen waarvan er vijf op Kondanani staan en twee op Madalo, waar we straks gaan kijken.
Hier wonen de kinderen in verschillende leeftijds groepen samen met tien tot twaalf broertjes en zusjes.
Elk huis op Kondanani heeft een eigen kleur en als we de kinderen vragen waar woon je, vertellen ze trots dat ze in het groene of in het rode huis enz. wonen.
Ze slapen daar met vier op een kamer en een Malawiaanse huismoeder heeft de zorg voor ze en vangt ze uit school weer op in een kleine huiskamer waar een lange tafel met veel stoelen staat. De huismoeder slaapt in het zelfde huis en is er dus altijd voor de kinderen. De kinderen slepen ons onmiddellijk mee naar hun kamer waar op hun stapelbed springen en natuurlijk nemen we even een foto van ze.
Er moet natuurlijk ook even geknuffeld worden en dan moeten we echt weer naar buiten. De huizen staan in een halve cirkel rond een speelterrein met een kleien speeltuin en een trapveldje.

Als we het speeltuintje schuin oversteken komen we bij de kleuterschool ,,The Kegel early learning center'' waar de kleintjes die morgen zijn heen gelopen.
Tien vrolijk beschilderde klaslokalen waarvan zes nu en vier binnenkort ook in gebruik worden genomen, een lerarenkamer, het kantoor van het hoofd en een opslagruimte voor speelgoed en leermiddelen.
Binnen wordt gespeeld maar en krijgen de kleintjes zo jong al les in de Engelse taal die ze snel onder de knie hebben.
Hun eigen taal mogen ze niet vergeten dus buiten de school is het chichewa en in de school engels. Voor hun toekomst het beste en voor de leerkrachten gemakkelijk want die spreken alleen engels. We begroeten de leerkrachten die uit Z.A.( Zuid-Afrika) komen en hulp onderwijs hulpen uit Malawi.
Gelukkig hebben ze die Malawiaanse vrouwen om de aller kleinsten te kunnen begrijpen.
De kinderen zijn wel gewend dat er kijkers komen maar worden ook hier al snel druk en willen de aandacht dus gaan we weer verder om de les niet te verstoren.

Achter de school lopen we tegen een enorme opslagruimte in aanbouw aan die de mogelijkheid gaat geven om b.v. mais, bonen en rijst groot en dus goedkoper in te kopen.
In de opslagruimte ook een wasserij, want er wordt gewassen voor een heel weeshuis en een garage omdat er binnenkort een vrijwilliger, uit Z.A. voor de boerderij wordt verwacht die ook de auto's gaat onderhouden wat veel kosten zal besparen.
Van de auto's die nu op terrein staan rijden er maar twee en die rammelen aan alle kanten.
De wagen waarmee we naar Zambia gingen is 17 jaar oud en dat is de beste en op de terugweg moest het stuur met twee handen worden vast gehouden anders rolde het middendeel er uit.

We lopen verder achter de nieuwe opslagplaats langs gaan komen we uit bij een klein huisje van een vrijwilliger en het huis van Annie met daarnaast een ruimte voor loge's.
Als we het pad vanaf dit huis naar de poort aflopen zien we een enorme hoeveelheid was aan de lijn hangen wat allemaal met de hand is gewassen. De malawiaanse vrouwen willen niet met de wasmachine wassen dus alles met de hand.
Stel je eens voor wassen voor een heel weeshuis met veel kleine kinderen.

Aan de andere kant van het pad nog een aantal huizen met ruime goed onderhouden tuinen en daar wonen de vrijwilligers.
De woningen zijn eigendom van de Stichting Kondanani Malawi en worden helemaal ingericht aan de vrijwilligers verhuurd.
Als we weer naar het hek lopen om naar Madalo te gaan zien we aan het centrale gebouw nog een werkhok met opslag voor hout met daarnaast een ruimte waar 's nachts de nachtwakers schuilen en proberen wakker te blijven.
De poortwachter doet de poort weer voor ons open en we bedanken hem met een “zikomo kwambiri” hartelijk dank in het Chichewa. Hij sluit direct weer af.

Vanuit de poort slaan we rechtsaf naar Madalo en passeren een nieuw huis dat buiten de hekken staat maar met weer een hek er om heen. De opzet was om daar een politiepost van te maken maar die opzet is gewijzigd omdat er direct daarna ook een nieuwe politiepost in de directe omgeving is gebouwd.
De nieuwe man voor de boerderij komt hier nu te wonen zodat het toch een goede bestemming krijgt.
We lopen langs de hekken naar Madalo en zien dat het hele dorpje incl. Madalo is omsloten door een elektrisch hekwerk dat bij aanraking onmiddellijk een sirene in werking zet.
Zelf ben je dan voor een tijdje uitgeschakeld want er staat stroom op en genoeg om je uit te schakelen.
Dit is helaas nodig na diverse overvallen waarbij de vrouwelijk vrijwilligers maar nauwelijks ontkomen zijn aan verkrachting en er veel goederen zijn gestolen.

Opeens rechts een mooi schoolgebouw, de lagere school van Kondanani genoemd naar een van de oprichters van het dorpje, Lewis Chikhwaza die helaas is overleden.
Lewis was een echte Malawiaan en getrouwd met Annie. Hij sprak de taal van dit land en had er vele contacten die geholpen hebben om het dorpje te stichten. Vooral zijn kennis van de taal en cultuur in dit land was van groot belang.
Naar deze school gaan de kinderen vanaf de tweede klas lagere schoolleeftijd nadat ze eerts in de ABC klas op Madalo hebben gedaan waar we straks samen heen lopen.
Als we de school binnen lopen, na weer een poortwachter te passeren, vallen onze monden open van verbazing. Midden in een enorm lokaal staat een soort centraal bureau en daar omheen langs de wanden allemaal kleine werktafels van elkaar gescheiden door een mooi afgerond schot.
Achter elk tafeltje zit een kind te werken aan zijn eigen taak en als hij of zij raad wil of klaar is, lopen ze naar het eiland in het midden voor een nieuwe taak of overhoring. Langs de tafeltjes lopen onderwijzers en onderwijzeressen die samen met malawiaanse onderwijsassistenten de kinderen helpen en begeleiden .Er heerst absolute rust zelfs als wij binnen zijn want hier wordt gewerkt.
Alle meubeltjes en wanden zijn vrolijk geschilderd in de primaire kleuren. Aan de wand hangen kleurplaten en werkstuuken. Aan een kant van de school het kantoor van het hoofd en een ruimte waar de kinderen mogen gaan spelen als ze hun taak voor die dag af hebben want ze werken in hun eigen tempo.Het schoolsysteem leert kinderen dat wat ze aankunnen.
Dit is de school waar ik mijn kinderen heen zou willen sturen. Uit het verhaal dat Martin de hooft onderwijzer on verteld begrijpen we dat de kinderen zeer hoog scoren bij testen die te vergelijken zijn met de cito toets. Jammer alleen dat de leermiddelen uit Z.A.moeten komen en bijna niet te betalen zijn. Buiten de school een speelplaats met de nodige speeltoestellen.

We gaan het hek van de school weer door en verder richting Madalo over het pad van rode aarde.
Van die rode aarde moet ik jullie, nu je toch meeloopt, even wat vertellen. Toen we op een markt in de stad waren zagen we daar zakjes liggen met kluitjes rode aarde. Ons werd aangeboden daar eens van te proeven wat we ook maar gedaan hebben. Gewoon grond dus en we vroegen ons af waarom dat hier in zakjes werd verkocht. Achteraf bleek dat zwangere vrouwen dat hier eten omdat het enorm veel ijzer bevat.
Ze eten vaak niet zo gevarieerd als wij en kennen periodes van extreme honger en dan hebben ze het echt nodig.
Over die aarde lopen we nu naar Madalo waar we weer een poortwachter nodig hebben om binnen te komen.

Na weer een - zikomo kwambiri - lopen we verder richting het kantoor, maar niet zonder even stil te staan bij het graf van Lewis Chikhwaza , direct links, die op dit terrein begraven wilde worden.
Het werd een indrukwekkende staats begravenis met president en regering en leden van zijn eigen partij Petra die hij zelf mee oprichte. Een mooi graf waar we voor we weer naar holland gaan een krans op zullen leggen als eerbetoon en dank voor zijn werk en omdat hij een bijzondere Brother in law (zwager) was.

Het kantoorgebouw heeft twee ingangen, aan de voorzijde naar het ABC lokaal en aan de achterzijde naar het kantoorgedeelte.
En alweer zien we een vrolijk lokaal met maar een klas, de ABC leerlingen van de eerste klas. Ze zingen voor ons een lied dat we met applaus gegroeten en nemen weer afscheid.
We moeten nu om het kantoorgebouw heen en komen dan langs de twee kinderhuizen waar de oudere kinderen wonen.
De oudste is nu elf jaar en zij was de afgelopen week jarig. Het is leuk om te zien hoe de oudste meisjes al hele dametjes worden, maar ze gaan puberen straks en dat zal weer andere problemen gaan geven.
Vanuit de huizen komen de kinderen al aanrennen want er moet geknuffeld worden.
Uncle Gurt roepen ze want Geert zeggen kan een engels sprekend iemand niet.
Ook deze kinderen horen met niet meer als tien in een huis te wonen maar er is behoorlijk ruimte gebrek dus wonen er nu meer.
Deze huizen zijn ruimer en hebben een mooi grote hal wat nodig is voor de oudere kinderen. Ze zijn toe aan wat meer prive en hebben hier wat meer eigen spullen.
Even verderop is begonnen met de bouw van een nieuw huis en weer daarnaast is een fundering gegraven maar er is geen geld meer dus kunnen deze twee voorlopig niet afgemaakt worden. Als we samen met de kinderen,wat zijn ze trots op hun huis, de twee woningen hebben bekeken gaan we naar buiten en steken het pad over naar het kantoor.

Als we het hoofdkantoor binnen lopen zien we een situatie zoals we die ook in Nederland kennen.
Een ruimte met drie bureaus (ooit gebruikt door de Ford gagare in Amesfoort) waar mensen zitten te typen, een klein kantoortje voor de boekhouder het financieel centrum, een kantoortje voor Cherie en een kantoor voor Annie.
Bij de ingang is een wachtkamer en daarnaast een keukentje.
In dit gebouw wordt elke cent twee keer omgedraaid voordat hij wordt uitgegeven en dagelijks gaat er een overzicht naar Annie nadat het door Cherie is nagekeken.
Er zijn verschillende potjes omdat sponsoren vaak gericht geven voor een project en daar wordt het ook voor gebruikt.

Veel geld komt uit Engeland maar omdat de pond enorm in waarde is gedaald zijn de zorgen hier groot.
We drinken hier een bakje prut koffie en lopen weer naar buiten tegen de boerderij aan tegenover het kantoor. In de kraal lopen de kalveren waarvan er een zwart wit is.
Het is een mooi stierkalf met de naam Geert zoon van Karin geschonken door een sponsor uit Hellevoetsluis.
Ik mocht bij de geboorte zijn en dat werd een heel karwei omdat Geert er met een stevig touw uitgetrokken moest worden. Het is een kruizing van een Hosteiner stier en een Jersey koe .

Alle koeien hier, en dat zijn er nu 16 stuks, zijn Jersey koeien en ze zien er prima uit. Elke dag is er voor elk kind een halve liter melk en natuurlijk pap en er schiet voor mij ook een halve liter par dag over. We groeten de Malawiaanse boer die altijd even naar me toe komt om te vertellen hoe het met mijn stierkalf gaat. We zien een grote stal en een aantal kleine stallen voor de kalveren. Naast de stallen de kaasmakerij en daar moeten we natuurlijk even naar binnen. Het ziet er echt prima uit en het wachten is op de kaas machine die nu nog in Nederland staat en binnen kort in een container vol met zeer bruikbare goederen naar Kondanani zal afreizen. De kaasmakerij is mooi betegeld en volgens hollandse normen ingericht. Er moet alleen nog een airco in omdat het hier eigenlijk altijd te warm is. Vanuit de kaasmakerij gaan we rechtsaf naar de varkens stallen. Die liggen wat verder weg en het is eigenlijk voor iedereen verboden om daar te komen behalve de boer en zijn mannen.

Omdat ik bezig ben met een nieuwe methode voor het wegen van de biggen mag ik ook naar binnen en jullie mogen mee kijken. Nadat we de schoenen in een bad hebben ontsmet komen we in een verrassend schoon stallen complex. In elke ruimte van ongeveer 9 vierkante meter zitten 5 tot 6 biggen. Oudere biggen 4 of 5 stuks. Alles is mooi schoon en ze zien er goed uit.
In dit deel tellen we er 60 stuks.
We gaan naar buiten en gaan even verderop in de volgende stal met de oudere varkens en ontsmetten de voeten weer.

Als we daar binnen lopen weer schone stallen en we staan direct oog in oog met de beer blijkt uit het hok te zijn ontsnapt. Hij is op weg naar de vrouwtjes. Met een stevige stok drijven we hem weer naar binnen. Hier een aantal vrouwtje en hele kleine biggetjes. Ze zien er prima uit en knorren tevreden. Als we weer buiten komen valt het op dat de zon vrijwel recht boven ons staat en de temperatuur is behoorlijk gestegen.

We lopen door naar de bananen plantage waar 1400 planten staan die op dit moment helaas weinig vruchten dragen. Het probleem is dat er nodig een echte landbouwer/boer nodig hebben want nu is er gewoon niet genoeg tijd en kennis om de plantage rendabel te maken. Dat is ook de reden dat de kippenhokken op dit moment leeg staan dus lopen we daar niet heen maar gaan terug naar Kondanani langs het kleine meertje dat aan de rand van Madalo ligt. Je staat dan naast de varkensstallen even buiten het dorpje en als dan die kant op kijkt zie je watertorentjes en een aantal kruisvormige stenen steunen van ongeveer 4 meter hoog, waar nog waterreservoirs op geplaatst moeten worden.
De hoogste is van Caring Hands. Op het ogenblik is er voor een reservoir voor het nieuwe “Caring Hands” geen geld want de kosten voor de kleine zijn al 2500 euro en voor de grotere en die moet hier komen, 4000 euro. Ze moeten worden geimporteerd uit ZA en dat is duur.
Maar voor de hygiene is het nodig dat alle kinder en vrijwilligers huizen samen met de keuken een goede waterleiding hebben met schoon water en voor de waterdruk zijn watertorens nodig. Op onze weg terug komen we langs het pomphuis waar een 30 meter diepe pomp voor helder schoon water zorgt.
Als we terug zijn op Kondanani gaan we naar het huis van Annie waar alle vrijwilligers om 17.00 uur bij elkaar komen om koffie te drinken en de dag door te nemen. De zon kleurt dan al een beetje en als we ruim een half uur later weer naar buiten gaan zien we een echt Afrikaanse zonsondergang en is de lucht achter dit bijzondere dorpje helemaal rood gekleurd. Om zes uur is het donker en zal er een diepe rust heersen tot morgenochtend de haan ons weer wakker zal schudden.
Alles begint dan weer zoals dit verhaal begon in het weeskinderdorp Kondanani waar er alles aan wordt gedaan om zo veel mogelijk weeskinderen een gelukkige jeugd te geven.