'Mijn Afrikaanse mama is heel ziek'
18 December 2010
Medhanit (9) en Hani (8) verloren hun ouders aan aids en werden geadopteerd door een Belgisch gezin
'Mijn Afrikaanse mama is heel ziek'
De opbrengst van Music for Life gaat dit jaar naar Rode Kruisprogramma's in Afrika, om kinderen te helpen die hun ouders verloren aan aids. Maar sommige aidsweesjes vinden in ons land een thuis. Zoals Medhanit (9) en Hani (8) uit Ethiopië. Zij werden geadopteerd door een gezin in een dorpje vlakbij Eupen.
Er ligt twintig centimeter sneeuw in de Oostkantons. Het leven tegen de Duitse taalgrens is stilgevallen. Auto's rijden er maar met mondjesmaat. De weinige winkels hebben hun deuren vroeg gesloten voor de opkomende sneeuwstorm. Niemand waagt zich nog op straat.
Voor twee kleine meisjes in het dorp is dit weer puur genieten. Medhanit (9) en Hani (8) C. hebben de hele middag met zijn tweetjes buiten in de sneeuw gespeeld. 'In Ethiopië ligt er geen sneeuw', weet Medhanit, die in het Afrikaanse land geboren werd. Vlak voor haar derde verjaardag werd ze samen met haar nichtje Hani geadopteerd door het gezin C.
Veel herinneren de meisjes zich niet meer van hun geboorteland. De taal zijn ze verleerd, maar hun ouders hebben een cassette opgenomen met Afrikaanse woordjes. 'Het klinkt alsgagagogo', zegt Medhanit. 'Vandaag versta ik er geen woord meer van.' Soms vertellen hun adoptieouders over Ethiopië en worden hun herinneringen aangewakkerd. Maar één persoon zit bij de meisjes duidelijk in hun hoofd en in hun hart gegrift. Hun Afrikaanse moeders, die hen jaren geleden afstonden.
Groot gezin
De moeder van Medhanit is zeven jaar geleden gestorven aan de gevolgen van aids. Haar zus, de moeder van Hani, leeft nog maar is seropositief. Zij voert in Ethiopië haar gevecht tegen de slopende ziekte en stond zeven jaar geleden haar dochtertje af voor adoptie. De twee nichtjes begonnen aan een nieuw leven bij mecanicien Stefan en huisvrouw Miriam C. in België. Hun adoptieouders delen ze met grote broer Marvin (15), de biologische zoon van Stefan en Miriam, en grote zus Alina (10) die geadopteerd werd uit Haïti.
Het koppel droomde van een groot gezin. Toch duurde het zeven lange jaren vooraleer Miriam zwanger werd van Marvin. 'Die lijdensweg wilden we niet nog eens meemaken', vertelt ze. Het echtpaar koos voor adoptie. Elf jaar geleden werd de procedure gestart voor Alina uit Haïti. Drie jaar later kwamen Medhanit en Hani uit Ethiopië.
Nichtjes niet scheiden
Aanvankelijk dacht het koppel om nog een kindje uit Haïti te adopteren. Gezien de politieke situatie toen was dat niet mogelijk. Het werd Ethiopië. Het werden ook twee kinderen, want in het opvanghuis was gevraagd om Medhanit en Hani niet te scheiden. 'En ons gezin werd compleet', zegt hun moeder.
Heel de familie zit aan de haard in de keuken terwijl mama Miriam vertelt over de adoptie. Geen geheimen in het gezin. 'Mijn Afrikaanse mama is heel ziek', zegt Hani terwijl ze een foto laat zien. Het is een van de weinige dingen die ze meenam uit haar geboorteland. 'Soms schrijft ze me brieven. Elke keer als ik een brief ontvang, ben ik opgelucht dat haar niets overkomen is. Ik schrijf ook brieven naar haar. Ik vertel over school, over de sneeuw en over mijn huis in België.'
Haar adoptieouders zien geen graten in dat contact. 'Integendeel', zegt Miriam. 'Het is heel bijzonder dat ze nog contact kan hebben met haar biologische moeder. Dat wil ik Hani niet afnemen. Al verloopt de correspondentie wel via het adoptiebureau.'
'Mijn geadopteerde dochters weten dat ik niet hun biologische mama ben. Mijn liefde voor hen is onvoorwaardelijk. Toch kan een adoptiemoeder nooit een echte moeder vervangen. Als ze vragen hebben, probeer ik daar zo eerlijk mogelijk op te antwoorden.'
Witte chocolade
Medhanit wil heel graag weten of ze nog broers of zusjes heeft in Afrika. Maar over hun precieze verleden in Ethiopië is niet zoveel bekend. 'Als ik nog zusjes heb, zou ik graag weten hoe het met hen gaat', zegt Medhanit. 'Omdat mijn mama is gestorven, kan ik geen brieven meer schrijven zoals Hani. Dat vind ik jammer. Broers en zussen zijn voor mij heel belangrijk. Ook in België.'
Voor de adoptieouders is het gissen naar wat hun dochtertjes precies hebben meegemaakt in Ethiopië, waar ze in een weeshuis woonden. 'Ik ben zeker dat de kinderen honger hebben gehad', zegt Miriam. 'Als we eten, wil Medhanit bijvoorbeeld altijd twee porties. Het maakt niet uit hoe groot de porties zijn, maar het doet haar schijnbaar deugd dat ze twee keer kan nemen.'
'Medhanit is heel gevoelig', vervolgt haar adoptiemoeder. 'Ze kwam ooit wenend naar huis, omdat iemand haar bruine chocolade had genoemd. Ik heb gezegd dat ze moet antwoorden dat bruine chocolade lekkerder is dan witte. Maar dat het uiteindelijk allemaal dezelfde chocolade is. Ze moeten leren omgaan met zulke opmerkingen. Zoals elk kind moet leren incasseren. Het hoort bij het opvoedingsproces.'
'Wat is aids?'
Hoewel er over alles open gepraat wordt, zijn sommige vragen moeilijk te beantwoorden. Waarom hun moeders ziek zijn geworden, bijvoorbeeld. 'Tot hiertoe hebben we altijd gesproken over een vreselijke ziekte', zegt Miriam. 'Ik vertel Hani dat haar mama zo ziek is dat ze op een dag zal sterven. Over aids hebben we nog niet gesproken omdat ik de meisjes daarvoor nog iets te jong vind. Ik ben een beetje bang voor die vraag. Het is moeilijk uit te leggen. Het zal ook pijnlijk zijn voor hen om te horen wat er echt met hun moeders aan de hand is.'
Dat de ouders van hun Ethiopische meisjes seropositief waren, wist het koppel op voorhand. 'Het maakte ons niet uit', zegt Stefan. 'Maar we hebben niet speciaal gevaagd om een kind met een seropositieve moeder. Onze kinderwens was er. We wilden graag de zorg voor een kind op ons nemen. Hun achtergrond was toeval. In feite maakt het geen verschil. De kinderen zijn zelf niet besmet het hiv-virus. Als dat wel het geval zou zijn, mochten Medhanit en Hani het land niet eens verlaten.'
Wereldverbeteraars
Miriam en Stefan beschouwen zich niet als idealisten. 'Wij zijn geen wereldverbeteraars', vindt Stefan. 'Ik vind het prachtig dat er projecten als Music for Life zich inzetten voor het goede doel. Maar zelf zijn we daar niet zo mee bezig. Wij zijn een doodgewoon gezin. Zo proberen we onze vier kinderen ook op te voeden. Ze krijgen alle vier evenveel liefde en genegenheid. Natuurlijk geeft het voldoening dat we drie kinderen een nieuwe toekomst hebben geboden, maar daarom moeten we toch niet proberen alle weeskinderen in de wereld te redden.'
Toch pleiten organisaties als het Rode Kruis niet voor adoptie, wel voor opvang in eigen land. Zeker voor iets oudere kinderen is dat volgens hen een betere oplossing. Daarvoor zamelt Music for Life dan ook geld in. Met de vele duizenden kinderen die in de straten van hoofdstad Addis Abeba zwerven, is er nog werk aan de winkel.
Hani en Medhanit namen hun nieuwe start 5.000 kilometer buiten Ethiopië. Of dat beter is dan in hun eigen land? De ouders geloven van wel. 'Zeker zijn we er niet van', zegt Miriam. 'We zullen hen over een paar jaar meenemen naar Ethiopië. Als ze volwassen zijn, mogen Medhanit en Hani zelf oordelen. Pas dan zullen we het definitieve antwoord kennen.'
Voor twee kleine meisjes in het dorp is dit weer puur genieten. Medhanit (9) en Hani (8) C. hebben de hele middag met zijn tweetjes buiten in de sneeuw gespeeld. 'In Ethiopië ligt er geen sneeuw', weet Medhanit, die in het Afrikaanse land geboren werd. Vlak voor haar derde verjaardag werd ze samen met haar nichtje Hani geadopteerd door het gezin C.
Veel herinneren de meisjes zich niet meer van hun geboorteland. De taal zijn ze verleerd, maar hun ouders hebben een cassette opgenomen met Afrikaanse woordjes. 'Het klinkt alsgagagogo', zegt Medhanit. 'Vandaag versta ik er geen woord meer van.' Soms vertellen hun adoptieouders over Ethiopië en worden hun herinneringen aangewakkerd. Maar één persoon zit bij de meisjes duidelijk in hun hoofd en in hun hart gegrift. Hun Afrikaanse moeders, die hen jaren geleden afstonden.
Groot gezin
De moeder van Medhanit is zeven jaar geleden gestorven aan de gevolgen van aids. Haar zus, de moeder van Hani, leeft nog maar is seropositief. Zij voert in Ethiopië haar gevecht tegen de slopende ziekte en stond zeven jaar geleden haar dochtertje af voor adoptie. De twee nichtjes begonnen aan een nieuw leven bij mecanicien Stefan en huisvrouw Miriam C. in België. Hun adoptieouders delen ze met grote broer Marvin (15), de biologische zoon van Stefan en Miriam, en grote zus Alina (10) die geadopteerd werd uit Haïti.
Het koppel droomde van een groot gezin. Toch duurde het zeven lange jaren vooraleer Miriam zwanger werd van Marvin. 'Die lijdensweg wilden we niet nog eens meemaken', vertelt ze. Het echtpaar koos voor adoptie. Elf jaar geleden werd de procedure gestart voor Alina uit Haïti. Drie jaar later kwamen Medhanit en Hani uit Ethiopië.
Nichtjes niet scheiden
Aanvankelijk dacht het koppel om nog een kindje uit Haïti te adopteren. Gezien de politieke situatie toen was dat niet mogelijk. Het werd Ethiopië. Het werden ook twee kinderen, want in het opvanghuis was gevraagd om Medhanit en Hani niet te scheiden. 'En ons gezin werd compleet', zegt hun moeder.
Heel de familie zit aan de haard in de keuken terwijl mama Miriam vertelt over de adoptie. Geen geheimen in het gezin. 'Mijn Afrikaanse mama is heel ziek', zegt Hani terwijl ze een foto laat zien. Het is een van de weinige dingen die ze meenam uit haar geboorteland. 'Soms schrijft ze me brieven. Elke keer als ik een brief ontvang, ben ik opgelucht dat haar niets overkomen is. Ik schrijf ook brieven naar haar. Ik vertel over school, over de sneeuw en over mijn huis in België.'
Haar adoptieouders zien geen graten in dat contact. 'Integendeel', zegt Miriam. 'Het is heel bijzonder dat ze nog contact kan hebben met haar biologische moeder. Dat wil ik Hani niet afnemen. Al verloopt de correspondentie wel via het adoptiebureau.'
'Mijn geadopteerde dochters weten dat ik niet hun biologische mama ben. Mijn liefde voor hen is onvoorwaardelijk. Toch kan een adoptiemoeder nooit een echte moeder vervangen. Als ze vragen hebben, probeer ik daar zo eerlijk mogelijk op te antwoorden.'
Witte chocolade
Medhanit wil heel graag weten of ze nog broers of zusjes heeft in Afrika. Maar over hun precieze verleden in Ethiopië is niet zoveel bekend. 'Als ik nog zusjes heb, zou ik graag weten hoe het met hen gaat', zegt Medhanit. 'Omdat mijn mama is gestorven, kan ik geen brieven meer schrijven zoals Hani. Dat vind ik jammer. Broers en zussen zijn voor mij heel belangrijk. Ook in België.'
Voor de adoptieouders is het gissen naar wat hun dochtertjes precies hebben meegemaakt in Ethiopië, waar ze in een weeshuis woonden. 'Ik ben zeker dat de kinderen honger hebben gehad', zegt Miriam. 'Als we eten, wil Medhanit bijvoorbeeld altijd twee porties. Het maakt niet uit hoe groot de porties zijn, maar het doet haar schijnbaar deugd dat ze twee keer kan nemen.'
'Medhanit is heel gevoelig', vervolgt haar adoptiemoeder. 'Ze kwam ooit wenend naar huis, omdat iemand haar bruine chocolade had genoemd. Ik heb gezegd dat ze moet antwoorden dat bruine chocolade lekkerder is dan witte. Maar dat het uiteindelijk allemaal dezelfde chocolade is. Ze moeten leren omgaan met zulke opmerkingen. Zoals elk kind moet leren incasseren. Het hoort bij het opvoedingsproces.'
'Wat is aids?'
Hoewel er over alles open gepraat wordt, zijn sommige vragen moeilijk te beantwoorden. Waarom hun moeders ziek zijn geworden, bijvoorbeeld. 'Tot hiertoe hebben we altijd gesproken over een vreselijke ziekte', zegt Miriam. 'Ik vertel Hani dat haar mama zo ziek is dat ze op een dag zal sterven. Over aids hebben we nog niet gesproken omdat ik de meisjes daarvoor nog iets te jong vind. Ik ben een beetje bang voor die vraag. Het is moeilijk uit te leggen. Het zal ook pijnlijk zijn voor hen om te horen wat er echt met hun moeders aan de hand is.'
Dat de ouders van hun Ethiopische meisjes seropositief waren, wist het koppel op voorhand. 'Het maakte ons niet uit', zegt Stefan. 'Maar we hebben niet speciaal gevaagd om een kind met een seropositieve moeder. Onze kinderwens was er. We wilden graag de zorg voor een kind op ons nemen. Hun achtergrond was toeval. In feite maakt het geen verschil. De kinderen zijn zelf niet besmet het hiv-virus. Als dat wel het geval zou zijn, mochten Medhanit en Hani het land niet eens verlaten.'
Wereldverbeteraars
Miriam en Stefan beschouwen zich niet als idealisten. 'Wij zijn geen wereldverbeteraars', vindt Stefan. 'Ik vind het prachtig dat er projecten als Music for Life zich inzetten voor het goede doel. Maar zelf zijn we daar niet zo mee bezig. Wij zijn een doodgewoon gezin. Zo proberen we onze vier kinderen ook op te voeden. Ze krijgen alle vier evenveel liefde en genegenheid. Natuurlijk geeft het voldoening dat we drie kinderen een nieuwe toekomst hebben geboden, maar daarom moeten we toch niet proberen alle weeskinderen in de wereld te redden.'
Toch pleiten organisaties als het Rode Kruis niet voor adoptie, wel voor opvang in eigen land. Zeker voor iets oudere kinderen is dat volgens hen een betere oplossing. Daarvoor zamelt Music for Life dan ook geld in. Met de vele duizenden kinderen die in de straten van hoofdstad Addis Abeba zwerven, is er nog werk aan de winkel.
Hani en Medhanit namen hun nieuwe start 5.000 kilometer buiten Ethiopië. Of dat beter is dan in hun eigen land? De ouders geloven van wel. 'Zeker zijn we er niet van', zegt Miriam. 'We zullen hen over een paar jaar meenemen naar Ethiopië. Als ze volwassen zijn, mogen Medhanit en Hani zelf oordelen. Pas dan zullen we het definitieve antwoord kennen.'