"Expertise center adoption needed"
GOUDA - There must be an expertise center for adoption. Existing foster care centers can be expanded to include adopted children. In addition, there should be consultation offices specialized in adoption. Only in this way can the problems of adopted children be properly taken care of.
That is the opinion of Prof. RAC Hoksbergen, Emeritus Professor of Adoption at Utrecht University. He will speak this afternoon in Gouda at the autumn meeting of the Adoption Association of the Reformed Gezindte about identity development of adopted children.
Hoksbergen (64) is an authority on adoption in the Netherlands. In the early 1970s, he was one of the founders of the boom in adopting children from abroad. "We were very enthusiastic. We took children from bad circumstances to a country where they were better off. It was good work. In retrospect, we focused too little on the ultimate consequences of an adoption. We also immediately provided aftercare for adoptive parents We had to organize. There was little structure in it. But what do you want, we had nothing."
Adoption became popular. Many children came from countries such as Korea, India and Indonesia. Hoksbergen and his associates were active in what would later become the mediation organization Wereldkinderen. His scientific work at Utrecht University resulted in the Adoption Center - meanwhile closed down by the university. The number of applications for adoption rose to more than 3000 in those years.
The pink clouds around adoption persisted until the early 1980s. "Then there was publicity about adopted children placed at home. That was of course not just like that." Adopted children were found to have problems. Problems with accepting their identity. Who am I? Where do I belong? Who do I look like? Who are my natural parents? Do I have to love my adoptive parents? "It lowers the quality of life if there are no answers to these kinds of questions," said Hoksbergen in his study in Soest.
Quite a few adopted children get into trouble with these questions. Hoksbergen saw many passing by in his office or at the university. From very difficult children with psychopathic behavior to successful people with intense questions about their identity.
According to Hoksbergen, it is therefore of great importance that adoptive parents give space to their adopted children. "Accept the thinking about the biological parents. Of course, adoptive children love dear adoptive parents as if they were their biological parents. But accept that the children have two lives: a life with the parents abroad and the life here. Integrating these two lives takes great effort."
Hoksbergen is therefore not against a so-called roots trip, if adopted children want to visit their native country and sometimes also want to track down their biological parents. "Although such a journey also brings new problems, it can sometimes provide answers to important questions."
Another problem is that adopted children sometimes bring traumas from their native country. Hoksbergen, who after his retirement from Utrecht University is still fully active in adoption, has been researching the problems of Romanian adopted children together with colleagues for several years. They mostly come from the orphanages there, where loveless conditions prevail. Many of these children have fears, traumas, problems at school or are aggressive.
What do these children need? Hoksbergen's advice for parents seems to have come straight from a parenting book: "Providing structure, clarity, consistent behaviour. No claiming behaviour. Find a good counselor who specializes in adoption."
That last one is a problem. Knowledge is available, even spread across the country, according to the emeritus professor, but too fragmented. "There should be a center of expertise for adoptive families, with pedagogues, social workers, psychologists, child psychiatrists, somewhat centrally in the Netherlands. In addition, centers for foster families should extend their guidance to adoptive families. In addition, about 25 adoption consultancies should be created, spread over the country, where parents can go with parenting questions and problems."
Who should take the initiative for this?
"The ministries responsible for adoption, namely Justice and VWS."
Is this not an unrealistic call, in this time of extreme austerity?
"In the end, such a structure works much cheaper. Many problems are prevented. I also often come across adoptive parents who go from one institution to another for the problems of their children before they have the correct diagnosis. That also costs the state hands full of money."
If you were asked to set up such a center, would you do it?
"Absoluut."
===========================
==============================
"Expertisecentrum adoptie nodig"
4 minuten leestijd
GOUDA - Er moet een expertisecentrum voor adoptie komen. Bestaande begeleidingscentra voor pleegkinderen kunnen worden uitgebreid voor adoptiekinderen. Bovendien moeten er in adoptie gespecialiseerde consultatiebureaus komen. Alleen zo kunnen de problemen van adoptiekinderen goed worden opgevangen.
Dat stelt prof. dr. R. A. C. Hoksbergen, emeritus hoogleraar adoptie van de Universiteit Utrecht. Hij spreekt vanmiddag in Gouda op de najaarsvergadering van de Adoptievereniging van de Gereformeerde Gezindte over identiteitsontwikkeling van adoptiekinderen.
Hoksbergen (64) is een autoriteit op het gebied van adoptie in Nederland. Begin jaren '70 stond hij aan de wieg van de grote vlucht die het adopteren van kinderen uit het buitenland nam. "We waren erg enthousiast. We haalden kinderen uit slechte omstandigheden naar een land waar ze beter af waren. Het was goed werk. Achteraf gezien hebben we ons te weinig gericht op de uiteindelijke gevolgen van een adoptie. Ook hadden we meteen al nazorg voor adoptieouders moeten organiseren. Er zat weinig structuur in. Maar wat wil je, we hadden niets."
Adoptie werd populair. Veel kinderen kwamen uit onder andere Korea, India en Indonesiƫ. Hoksbergen en de zijnen waren actief in wat later de bemiddelingsorganisatie Wereldkinderen zou worden. Zijn wetenschappelijke werk op de Utrechtse universiteit mondde uit in het -inmiddels door de universiteit opgeheven- Adoptiecentrum. Het aantal aanvragen voor adoptie liep in die jaren op tot ruim 3000.
De roze wolken rond adoptie bleven bestaan tot begin jaren '80. "Toen kwam er publiciteit over uit huis geplaatste adoptiekinderen. Dat was natuurlijk niet zomaar." Geadopteerde kinderen bleken problemen te hebben. Problemen rond het aanvaarden van hun identiteit. Wie ben ik? Waar hoor ik thuis? Op wie lijk ik? Wie zijn mijn natuurlijke ouders? Moet ik van mijn adoptieouders houden? "Het verlaagt de kwaliteit van leven als op dit soort vragen geen antwoord komt", aldus Hoksbergen in zijn studeerkamer in Soest.
Nogal wat adoptiekinderen komen in de problemen met deze vragen. Hoksbergen zag er velen langskomen op zijn werkkamer of op de universiteit. Van zeer moeilijk opvoedbare kinderen met psychopathisch gedrag tot en met geslaagde mensen met intense vragen over hun identiteit.
Het is daarom volgens Hoksbergen van groot belang dat adoptieouders ruimte geven aan hun geadopteerde kinderen. "Accepteer het denken over de biologische ouders. Natuurlijk houden adoptiekinderen van lieve adoptieouders alsof het hun biologische ouders zijn. Maar accepteer dat de kinderen twee levens hebben: een leven met de ouders in het buitenland en het leven hier. Het integreren van deze twee levens kost grote moeite."
Hoksbergen is daarom niet tegen een zogenaamde roots-reis, als adoptiekinderen hun geboorteland willen bezoeken en soms ook hun biologisc he ouders willen opsporen. "Hoewel zo'n reis ook weer nieuwe problemen met zich meebrengt, kan zij soms antwoorden geven op belangrijke vragen."
Een ander probleem is dat adoptiekinderen soms trauma's uit hun geboorteland meenemen. Hoksbergen, na zijn emeritaat nog volop actief voor adoptie vanuit de Universiteit Utrecht, is samen met collega's al enige jaren bezig met onderzoek naar de problemen van Roemeense adoptiekinderen. Zij zijn veelal afkomstig uit de weeshuizen daar, waar liefdeloze toestanden heersen. Veel van deze kinderen hebben angsten, trauma's, problemen op school of zijn agressief.
Wat deze kinderen nodig hebben? Hoksbergens advies voor de ouders lijkt weggelopen uit een opvoedingsboek: "Structuur bieden, duidelijkheid, consequent gedrag. Geen claimgedrag. Een goede hulpverlener zoeken die in adoptie is gespecialiseerd."
Juist dat laatste is een probleem. Er is kennis aanwezig, zelfs verspreid over het land, aldus de emeritus hoogleraar, maar te verbrokkeld. "Er moet een expertisecentrum komen voor adoptiegezinnen, met pedagogen, maatschappelijk werkers, psychologen, kinderpsychiaters, een beetje centraal in Nederland. Daarnaast moeten centra voor pleeggezinnen hun begeleiding uitbreiden naar adoptiegezinnen. Verder zouden er zo'n 25 adoptieconsultatiebureaus dienen te ontstaan, verspreid over het land, waar ouders met opvoedingsvragen en -problemen terechtkunnen."
Wie moet het initiatief hiertoe nemen?
"De ministeries die verantwoordelijk zijn voor adoptie, namelijk Justitie en VWS."
Is dit geen irreƫle oproep, in deze tijd van extreme bezuinigingen?
"Zo'n structuur werkt uiteindelijk veel goedkoper. Er worden veel problemen voorkomen. Ik kom ook nogal eens adoptieouders tegen die voor de problemen van hun kinderen van de ene naar de andere instantie gaan voordat ze de juiste diagnose hebben. Ook dat kost de staat handen vol geld."
Als aan u zou worden gevraagd zo'n centrum op te zetten, zou u dat doen?
"Absoluut."