3500 VN-militairen in Haïti

3500 VN-militairen in Haïti

Dit artikel komt voor in dossier: Aardbeving Haïti

Geplaatst: 19 januari 2010 14:11, laatste wijziging: 19 januari 2010 16:49

ANP

De Verenigde Naties verspreiden deze foto op 19 januari 2010 die laat zien dat er water uitgedeeld wordt aan Haïtianen vanaf een truck in Canape Vert. |foto EPA/VN/Marco Dormino

DEN HAAG - De VN-Veiligheidsraad heeft dinsdag unaniem ingestemd met het verzoek van VN-topman Ban Ki-moon om 3500 extra militairen en politiemensen naar Haïti te sturen.

De extra manschappen moeten helpen bij het handhaven van de orde en het beschermen van konvooien met hulpgoederen. De VN-missie in Haïti, Minustah, bestaat nu uit ongeveer negenduizend militairen en politiemensen.

Elf vermisten

Het aantal Nederlanders dat nog wordt vermist na de aardbeving op Haïti is gedaald tot elf. Dat maakte het ministerie van Buitenlandse Zaken dinsdag bekend.

Dat maakte het ministerie van Buitenlandse Zaken dinsdag bekend. Maandag was het lot van twintig landgenoten nog onbekend. Volgens het ministerie zijn acht Antillianen en een Arubaan inmiddels terecht.

Onder de elf vermisten zijn twee Nederlandse echtparen met hun drie adoptiekinderen. Deze zeven personen verbleven in het ingestorte hotel Villa Therese. Inmiddels hebben zeven stoffelijk overschotten een tijdelijk graf gekregen bij het hotel. Onderzoek moet uitwijzen of het hier gaat om de Nederlanders slachtoffers.

Aanvankelijk zou hieraan een DNA-onderzoek te pas komen. Vooralsnog is dat niet nodig, liet het ministerie van Buitenlandse Zaken weten. Het Landelijk Team Forensische Opsporing verzamelt in Nederland gegevens, onder meer van het gebit van de vermisten. Israëlische identificatie-experts in Port-au-Prince onderzoeken vervolgens of deze overeenkomen met die van de stoffelijke overschotten die in de restanten van het hotel zijn aangetroffen.

Ook wordt gezocht naar twee Antilliaanse mannen die in het eveneens ingestorte hotel Montana verbleven. Verder is van twee andere Antillianen nog niets vernomen. Enkele van de Antillianen die sinds dinsdag terecht zijn, zaten al thuis.

Marineschip kan hulpgoederen nog niet kwijt

De hulpgoederen die het Nederlandse marineschip Hr. Ms. Pelikaan aan boord heeft, kunnen nog niet worden verspreid in Haïti. Het is de bemanning maandag gelukt om aan te meren aan een kade in de haven en wat spullen van boord te halen, maar het meeste ligt nog in het ruim.

Dat zei de commandant van het schip, luitenant-ter-zee der eerste klasse Maarten Veenstra, dinsdag vanuit Haïti. Hij hoopt dinsdag goede afspraken te kunnen maken met het World Food Program (WFP) over de distributie. Veenstra heeft het verzamelpunt van het WFP bezocht, maar dat zit in een afgesloten steegje in de stad waar rijen Haïtianen voor staan.

Volgens Veenstra is het daar veel te druk en te gevaarlijk om de spullen af te leveren. ,,Mensen zijn hongerig en duiken zo op een vrachtwagen waarvan ze denken dat er spullen in liggen’’, aldus Veenstra. De Pelikaan heeft twee trucks meegenomen om zelf spullen te vervoeren. Eigen mariniers zullen die begeleiden.

Ook gaan mariniers mee met het zoek- en reddingsteam USAR om hen eventueel te beschermen tegen wanhopige Haïtianen. Maar Veenstra heeft tot nu toe geen signalen van agressie tegen militairen of hulpverleners. Hij is in de stad geweest en dat viel hem ,,rauw op zijn dak’’, hoewel hij geen slachtoffers meer heeft gezien op straat of onder puin. Ook was het redelijk rustig.

Hij heeft begrepen dat dit in de buitenwijken of dorpjes bij de hoofdstad Port-au-prince anders is. De commandant sluit niet uit dat de Nederlandse hulpgoederen rechtstreeks die kant op gaan, mogelijk in een bewaakt konvooi.

De Nederlanders hebben onder meer eten en drinken aan boord. Met een speciale installatie kan de Pelikaan zeewater veranderen in drinkwater. Het water in de haven is daarvoor te vies. Maar na één dag op zee kan 30.000 liter water worden gemaakt. Het schip is nu volgeladen met 90.000 liter drinkwater.

Weeshuizen

De komende dagen zullen mariniers ook circa honderd kinderen uit weeshuizen halen, die al op de nominatie stonden voor adoptie in Nederland. Ze worden naar het vliegveld gebracht.

De Pelikaan is een ondersteuningsvaartuig en komt van de Nederlandse Antillen. Maandag lukte het om als eerste schip na de aardbeving aan te meren aan een van de kades. Dat kon nadat met de scheepskraan obstakels waren verwijderd en de diepte was gemeten.