'Adoptie in oorlogsgebied doen we niet'
DEN HAAG - Ze hebben beiden zelf adoptiekinderen. Hij uit Libanon, zij uit Colombia. Staf Beems: "Wij praten dus niet alleen puur zakelijk. Dat is vaak een voordeel. Toen we in Zagreb waren, heb ik ook bewust dat kanaal opengegooid. En dan ontstaan de beste gesprekken."
WILMA KIESKAMP5 februari 1993, 0:00
Staf Beems, voorzitter van de vereniging Wereldkinderen, en Marijke Bijl, stafmedewerker, zijn net teruggekeerd van een vijfdaagse onderzoeksmissie naar Zagreb, Kroatie. Ze hebben er kindertehuizen bezocht, ambassades, ministeries en ziekenhuizen. Wereldkinderen wilde weten, of het als adoptie-organisatie iets zou kunnen doen voor kinderen die slachtoffer zijn geworden van de oorlog, zowel baby's van verkrachte vrouwen als andere kinderen. Het resultaat: adoptie zal voorlopig niet aan de orde zijn, maar Wereldkinderen gaat wel - in overleg met de Bosnische autoriteiten - directe steun verlenen aan een te bouwen Bosnisch tehuis voor moeders en kinderen.
Beems: "Ik ben nog maar net een week voorzitter, dit is wat je noemt een vliegende start! Vorige week woensdag was ik nauwelijks op kantoor voor de gebruikelijke ronde handenschudden, toen het bericht kwam dat Bosnie en Kroatie overwegen de regels voor adoptie te versoepelen. Sindsdien is het hier een gekkenhuis. Honderden telefoontjes, veel mensen die iets wilden doen voor die kinderen."